Na het eerste deel, dat voornamelijk de heer Gerrit Jan Diekema als onderwerp onder de loep heeft genomen, en hem heeft geprobeerd neer te zetten als een klassiek voorbeeld voor al degenen die het beste uit hun bestaan op aarde trachten te halen, wordt de wereld enigszins verkleind en schalen we terug naar Dreumel en omstreken.
Ten slotte voor de allermeeste inwoners van Dreumel hun geboorteplaats ... de plaats waar velen al vele decennia, soms al eeuwen, lang diepe wortels hebben verzonken en vergrendeld in de fundaties van de Dreumelse gemeenschap. Zoveel als er al zijn gekomen, zovelen zijn er ook al weer gegaan of zullen nog gaan, en allemaal hebben we in potentie alle ingrediënten in ons om soort Diekema's te worden of zelfs langdurig te zijn. En wellicht deelt u mijn mening dat er al best wel veel Dreumelse 'Diekema's' zijn geweest, die ieder op hun manier Dreumel vorm en aanzien hebben doen geven en aan de positieve ontwikkeling(en) van dit dorp ruimhartig hebben bijgedragen. Zonder ook maar ooit te durven beweren volledig te zijn, stel ik graag een aantal van deze personen aan u voor en het zou me groot genoegen doen als er nog onbekende grootheden bij u bekend zijn, die hun waardige en mogelijk zeer verdiende plaats in mogen of zouden moeten nemen in dat rijtje Paradigmatische Dreumelnaren en Dreumelnaressen.
Willem Storij is een van de burgemeesters van Dreumel geweest. Of onderstaande melding in 'Gelijkheid, Vrijheid, Broederschap' van 19 mei 1798 nu daadwerkelijk vast legt dat hij tot burgervader van Dreumel is aan gesteld, kun je nog best wel betwijfelen. Er wordt in deze krant slechts gemeld dat door het Intermediair Administratief bestuur van het voormalig gewest Gelderland 'Leden der Gemeentebesturen' zijn aangesteld. Zou het een aanstelling als burgemeester zijn geweest, zou dat dan niet op een andere wijze bekend worden gemaakt dan in dit artikel, net zo prominent, of niet, als alle anderen?
Het is helaas (nog?) niet gelukt om een Maasbommelse geboorteakte van Willem Storij in 1863 op te sporen. Ik ben er van uit gegaan dat hij, en alle Storij's met hem, toen en mogelijk nu nog, rooms katholiek waren en dan kun je gaan zoeken in deze akten op www.zoekakten.nl.
Ik heb de (geboorte-)doop-akten tussen heel veel jaren rond 1863 door geploeterd en zijn geboorteakte niet kunnen vinden. Dat is wel jammer. Wellicht dat deze familie gereformeerd was, maar de gereformeerde doop-akten beginnen digitaal pas in 1772.
Nóg langer zoeken op internet levert dan echter een ander resultaat op. Op bron : https://oijenvj.home.xs4all.nl/genealogie/storij.html wordt vermeld dat Wilhelmus Storij weliswaar in 1763 te Maasbommel werd geboren, maar pas op 21 februari 1802 aldaar werd gedoopt. Nu weet ik persoonlijk niet beter dan dat pas geworden ouders er altijd zeer gezwind bij waren om hun kind te laten dopen. Het komt dan nogal ongewoon over dat Wilhelmus Storij pas gedoopt werd toen hij 39 jaar was. Maar de doop-akte is nu ineens gelukkig wèl, en makkelijk, te vinden.
Een paar andere akten heb ik ook nog kunnen vinden. Zoals de geboorte op 19 mei 1774 in Dreumel, van zijn vrouw, die te boek staat met de voornaam Joanna (van Osch). Zo ziet een volledige pagina van het geboorteregister er in 1774 uit. Alles in het Latijns opgeschreven.
Zij en Wilhelmus Storij treden in Dreumel in het huwelijk op 8 juli 1800.
Hij geeft in 1817 nog aanleiding om in de krant vermeld te worden:
Maar, Willem Storij overlijdt uiteindelijk in Dreumel op 1 juni 1833. Johanna van Oss is vervolgens 22 jaar weduwe en komt ook in Dreumel te overlijden, op 10 september 1855.
Imposante verrichtingen die Wilhelmus Storij tijdens zijn burgemeesterschap zou hebben kunnen teweeg brengen of teweeg heeft gebracht, worden nergens meer vast gelegd, ook niet in de historische kranten op www.delpher.nl. In de uitvoerige en pakkende familiekroniek van mw. Driessen-van Oss (gepubliceerd op www.tremele.nl) is het volgende nog te lezen over Wilhelmus Storij.
Medio februari 1810 namen Franse troepen bezit van de vesting Nijmegen en werd de gemeente Dreumel ingedeeld bij het kanton Druten. De Franse wet plaatste een maire aan het hoofd der gemeente. De maire voerde de wetten en bevelen van hogerhand uit en hield toezicht op de gemeenteambtenaren op de financiële administratie. Ze namen ook grotendeels de taken van de eeuwenoude geërfden organisaties over. De geërfden restte uiteindelijk slechts een taak op het gebied van de waterstaatszorg. Hiertoe bleven zij verenigd in van de gemeentebesturen afgescheiden publieke organisaties, zogenaamde polders. Vanaf 1838 werden deze aangeduid als dorpspolders.
Rond 1814 verlieten de Fransen deze streken en werd de provincie Gelderland in ere hersteld. Het hoofd van het plaatselijke bestuur, Wilhelmus Storij, de schoonzoon van mijn oudgrootvader Wilhelmus van Oss, werd niet meer als 'maire' maar als 'burgemeester' aangeduid. Tot zijn taken behoorden de uitvoering van raadsbesluiten en de handhaving der wettelijke bepalingen en verordeningen. De gemeenteraad stelde de plaatselijke verordeningen vast en had verder voornamelijk een controlerende taak ten aanzien van de gemeentefinanciën.
Thomas Hendrik Meijnhardt komt nog op de voorgrond uiteraard, maar er zijn meer personen die Meynhardt heten en die zelfs toen (1781) al een vooraanstaande functie hadden in het 'Ampt van Maas en Waal'. Een vermelding van Meynhardt (Mr. O.) vinden we in een boek genaamd 'Oude en tegenwoordige staat en geschiedenis van alle godsdiensten' ('Van de Schepping der Waereld tot op den tegenwoordige Tijd'). Zoals gezegd de 'tegenwoordige tijd', maar dan nog in toenmalig 1781.
Op de omslag hierboven (links) is nog te lezen 'versierd met een prachtig Stel Kunstplaaten'. En alhoewel die uiteraard totaal niets met Dreumels burgemeester Meijnhardt te maken hebben, zijn ze te mooi om ze niet te laten zien, een aantal althans. Pràchtige meesterwerkjes, waarvan overigens de ene helft op een bladzijde werd afgedrukt en de andere helft op een volgende bladzijde. Vandaar de aan elkaar gekoppelde twee helften bij sommige van deze afbeeldingen.
Teksten, waar deze boeken bomvol mee staan, werden al vanaf veel eerder gedrukt. Het boekje hierboven bevat maar liefst 625 bladzijden. Afbeeldingen werden ook al gedrukt, maar (lees ik op bron: www.regionaalarchiefalkmaar.worldpress.com) nog lang niet in kleur. Gekleurde afbeeldingen werden dan ook speciaal ingekleurd, kaart voor kaart, afbeelding voor afbeelding, één voor één. De uitvoerders van deze arbeid waren geen monniken, maar ze hadden een echt beroep, dat van 'Afzetter'.
Onderstaande afbeeldingen zijn zonder verklarende teksten trouwens , die feilloos na te lezen zijn op www.delpher.nl.
In 1784 wordt nog een boek gepubliceerd waar O. Meynhardt in wordt vermeld. Het boek (302 bladzijden) heet ...
... en het gaat over de giften die vanuit den lande gegeven werden aan de bewoners van de gebieden die werden getroffen door deze watersnood. Waar ze nota bene een pracht-kaart van hebben gemaakt en afgedrukt (en ingekleurd door afzetters). De legenda staat hierboven, de kaart hieronder. (Een Nederlandse Rijnlandse roede = 3,77 meter).
En in dit boekwerkje wordt aansluitend een cent-voor-cent verklaring afgelegd waar de giften naartoe zijn gegaan. Natuurlijk naar en voor alle getroffen gebieden, en dus ook voor de slachtoffers in Dreumel. Allemaal geteld en verantwoord ... met de hand ! Herkent u nog hele verre voorvaderen of -moederen?
Toch dan maar terug naar onze 'eigen' burgemeester Thomas Hendrik Meijnhardt, die op 13 juli 1774 te Nijmegen wordt geboren. Helaas is het me nog maar steeds niet gelukt om zijn ware (digitaal ingescande) doop-akte te vinden. Maar gelukkig moeten er, voorafgaand aan elk huwelijk, bijlagen worden overhandigd aan de officiële instanties, om aan te tonen dat er geen sprake is van bedrog en fraude. Bij die huwelijkse bijlagen behoort uiteraard ook altijd een uittreksel uit het doop-register van de Nijmeegse Burgerlijken Stand, met daarop de exacte datum waarop Thomas Hendrik werd gedoopt.
Niet erg lang na het inleveren van een aantal huwelijkse bijlagen, en ongetwijfeld ook na huwelijksaangiften en dito afkondigingen, volgt dan op 4 april 1817, te Nijmegen, het huwelijk tussen Thomas Hendrik Weijnhardt en 'Mejufvrouw Geertruijda van Roggen'. Enigszins opvallend op de akte is dat bij beide echtelieden speciaal wordt vermeld dat ze 'ongetrouwd' zijn. Tja, niet geheel ongebruikelijk als je op deze dag gààt trouwen.
Hij is advocaat, voor hij burgemeester van Dreumel wordt en wordt als zodadig ook vermeld in een krant van 29 januari 1800:
Ik ben uuuren zoekend geweest om zoveel mogelijk informatie te verzamelen over deze burgemeester, gedurende zijn ambtsperiode in Dreumel. Zeven jaren zou hij Dreumel geleid en begeleid hebben, maar ... dat viel tegen. Ik kan er vrijwel niets concreets over vinden. Niet in talloze online boeken, noch in al die digitale kranten. Niet met de achternaam Meijnhardt, noch Meynhardt. Geen aankondiging van zijn burgemeester- of schout worden, noch melding van zijn aftreden of overplaatsing. Het kan goed aan de destijdse verslaggeving liggen, maar het is me niet mogelijk gebleken om deze Thomas Hendrik Meijnhardt aanvankelijk anders doende te vinden dan als advocaat. Er hebben overigens aardig wat bestuurlijke & wetgevende veranderingen plaats gevonden tijdens zijn ambtsperiode, die veroorzaakten dat ambtelijke titels ineens veranderden. 'Maire' werd bijvoorbeeld burgemeester, niet geheel verwonderlijk trouwens. Deze veranderingen heb ik ook getracht te volgen. Klik, als dat uw interesse heeft, op onderstaande links voor meer info daarover.
Wellicht is het ook nog mogelijk dat hij, zijnde burgemeester ('Maire') van Wamel, Dreumel er redelijk plompverloren bij heeft gekregen. Dat wordt ook nergens glashelder uit welke doeken dan ook gedaan. Uiteindelijk zal hij zonder enige twijfel schout van het schoutambt Dreumel geweest zijn. Dat wordt uitdrukkelijk op zijn overlijdensakte kenbaar gemaakt. En eveneens in de 'familieberichten' in de kranten van weleer. En zulks wordt ook nog eens duidelijk uit een vacature melding die in 1821 in de Arnhemsche Courant wordt geplaatst, waarin Dreumel wederom op zoek is naar een schoolonderwijzer. Als felrode draad gaat dat door de hele geschiedenis van Dreumel heen ... chronisch op zoek naar onderwijzers en onderwijzeressen ... ook al in 1821:
Zijnde 'maire' van Wamel, kwam hij af en toe in de krant en woonde hij in Wamel:
Hoe scoort deze ex-burgervader op de Diekema-score? Wellicht dat hij ongelofelijke prestaties heeft neer gezet in het Wamelse en/of ook het Dreumelse. En veel voor de bewoners heeft kunnen doen en gedaan. Maar daar wordt dan vrijwel nergens verslag van gedaan. Dat is dan best wel erg jammer.
Zomaar, een stukje tekst dat ik nog tegen kwam over schouten en hoe en waarmee ze zich bezig hielden in en rond 1754.
Bestaat er op internet een officiële lijst van burgemeesters die Dreumel in de loop der vele jaren met hun aanwezigheid verblijd hebben, vroeg ik me af. Een andere lijst, of lijsten zelfs, die mogelijk vergeleken zou kunnen worden met de lijst die www.tremele.nl op hun site presenteert. Dan blijkt dat alleen Wikipedia nog een lijst laat zien met Dreumelse burgemeesters. Die enige, voor zover ik kan nagaan, twee heb ik naast elkaar gelegd en vergeleken.
Er 'missen' een paar namen op de Wikipedia list die wel voorkomen op de Tremele-lijst. Zou ik deze vergelijking al eerder hebben door gevoerd, dan zou ik me mogelijk minder hebben verbaasd over het feit dat er niet zo heel veel informatie (b.v. een officiële indiensttreding als burgemeester, of over zijn aftreden of overplaatsing) over bijvoorbeeld Thomas Hendrik Meijnhardt te vinden was. En realiseer ik me dat zoiets me nu ook overkomt, nu ik soortgelijke additionele informatie probeer te traceren over ons aller Hendrik Gerritzen.
Ik heb geen andere informatiebronnen dan die, die ik op Internet kan zoeken en vinden en die blijken gelukkig heel vaak meer dan voldoende. Maar die bronnen lijken bijna opgedroogd als het om de beide heren Meijnhardt en Gerritzen gaat. Maar ... niet helemaal, waarbij dan ook nog rekening gehouden moet worden met zoeken naar ... Gerritzen, Gerritsen en/of Gerritse. De laatste zoekopdracht levert dit als niet verwacht resultaat op:
De '... geoctroijeerde inventie van de Gebroeders Eckhardt' ... bestond uit een hèllend scheprad in plaats van de normale verticale schepraderen. Octrooi werd verleend in 1771. Ja, ... 1771!! En de assessor heer Hendrik Gerritse had daar de tekeningen en bestekken van, ter inzage van landelijk geïnteresseerde bouwers.
Het hoofdstukje over 'burgemeester' Hendrik Gerritzen, die dat mijns inziens nooit is geweest, is dan ook al aanzienlijk eerder afgelopen dan verwacht en gedacht.
Aangezien deze verhalen over burgemeesters nog lang niet ten einde zijn, wordt een nieuw verhaal gestart, met de treffende naam:
"MRT-´16 - Paradigmatische Persoonlijkheden - 2 - Burgemeesters-2".